WK-dagboek (1): Wereldtentoonstelling

0

Het eerste WK op Afrikaanse grond staat op het punt om te beginnen. De hele wereld kijkt toe, alsof de mondiale hiërarchie wordt bepaald in de komende weken. Maar wat is het WK werkelijk waard?

Een WK is als een wereldtentoonstelling. Voetbalploegen uit alle delen van de wereld strijden om een hoofdprijs, maar vertegenwoordigen vooral ook hun vaderland. Het toernooi brengt de hele wereld samen èn de hele wereld kijkt toe. Dat is de kracht van het WK. Verschillende culturen raken elkaar even aan. Zeker nu, want dit is het eerste WK op Afrikaanse grond. Even is dit continent gastheer van de hele wereld. We zullen daarom moeten wennen aan vuvuzela-toeter, zoals we dat 24 jaar geleden moesten doen met de trompetto’s die exact hetzelfde geluid voortbrachten. Toen was het geklaag ook niet van de lucht.

 

 

Mexico-86 schonk de wereld behalve dat monotone geluid ook de ‘wave’ en die is nog altijd in zwang bij sportwedstrijden. Maar vaak duidt dit op verveling van het publiek of een poging van datzelfde publiek een deel uit te mogen maken van een spektakel. ‘Kijk eens, we zijn er ook,’ en dan maar zwaaien in de camera als vreemd uitgedoste paradijsvogels. Er zijn niet veel voetbalsupporters die naar Zuid Afrika afreizen. Het is de vraag of ze allemaal ook echte liefhebbers zijn. Of dat ze getuige willen zijn van een mondiaal spektakel. Ook in dat opzicht is een WK meer een bezienswaardigheid dan een sportief evenement.

 

 

Dan is er ook nog het fenomeen om wedstrijden in een stadion te beleven met een groot beeldscherm. Zo schept men een WK-sfeer, die eigenlijk niets met een WK te maken heeft. Eerder met een vorm van zomercarnaval. Van alles, tot aan de dodenherdenking aan toe, wordt tegenwoordig een massa-evenement gemaakt, maar het WK is toch vooral een vierjaarlijks sportief gebeuren.

 

 

Het toernooi zelf heeft iets weg van een snelkookpan, waarbij reputaties worden gemaakt of gebroken. Spelers worden na een lange loopbaan vooral herinnerd door hun daden op het mondiale toneel. Josimar is zo’n naam, die aan het toernooi is blijven kleven. Hij scoorde op het WK-86 twee prachtige goals als rechtsback van Brazilië. Sindsdien heeft nooit meer iemand iets van hem vernomen. Mauro Tassotti was intrinsiek een veel betere back, maar die herinneren we ons toch vooral van het feit dat hij Luis Enrique een gebroken neus sloeg bij Italië – Spanje in 1994.

 

 

 

Toch is er wel het een en ander veranderd ten opzichte van twintig jaar geleden. Het toernooi is niet meer het enige grote toernooi. De opmars van de Champions League is in een decennium uitgegroeid tot de echte sterrenparade. Een WK is meer folklore, omdat er landen worden vertegenwoordigd en er dus ook een ander publiek wordt aangetrokken met het risico dat dom (en soms onverantwoord) nationalisme de kop opsteekt.

 

 

De meeste sterren, die we gaan zien, kennen we al. In 1982 keek de hele wereld reikhalzend uit naar Maradona, omdat hij buiten Zuid Amerika maar weinig wedstrijden had gespeeld. Was hij echt die wondervoetballer, zoals hij werd aangekondigd? Tegenwoordig weet iedereen eigenlijk al wat Lionel Messi allemaal kan. Van de meeste deelnemers weten we veel en die paar uitzonderingen (Honduras, Noord Korea en Nieuw Zeeland) doen toch voor spek en bonen mee. Zelfs de Afrikanen zijn voor de gemiddelde volger gesneden koek. In 1990 was Roger Milla ondanks zijn leeftijd van 38 jaar voor het grote publiek een onbekende, maar nu kennen we zelfs de waterdragers al.

 

 

 

De bekendheid met de meeste spelers doet een beetje afbreuk aan het exotische van het WK. Daarbij spelen ook de ploegen uit de andere continenten (zoals Argentinië, Australië en Team USA) vaak Europees voetbal. Gelukkig wordt dit gebrek deze keer gecompenseerd door het gastland zelf. Zuid Afrika is, met name vanwege de klimatologische en geografische omstandigheden, een onzekere factor, net als het geval was in Zuid Korea en Japan. Dat maakt dit WK al iets minder voorspelbaar. En dat is voor de neutrale liefhebber een mooi uitgangspunt om het toernooi van het begin tot het einde te volgen.

 

 

 

 

 

Jurriaan van Wessem

Share.

Laat een reactie achter