De weg naar de wereldtitel is lang en mooi

0

Vandaag zet het Nederlands elftal de eerste stap naar een mogelijke wereldtitel in Zuid Afrika. Onder bondscoach Bert van Marwijk begint Oranje aan de eerste trainingsstages en het enthousiasme is als vanouds groot.

Vaak was aan de vooravond van een groot toernooi het optimisme op weinig meer gebaseerd dan de wens om de hoofdprijs te winnen. Ook dit keer wordt Oranje niet tot de superfavorieten gerekend, zoals Brazilië en Spanje, maar de vooruitzichten zijn dit keer in tegenstelling tot de vorige drie eindtoernooien best wel gunstig.

 

Voor veel spelers komt dit WK op het ideale moment in hun loopbaan. Met name Robben en Sneijder hebben in het afgelopen seizoen een grote sprong naar de top gemaakt, terwijl Van Persie op tijd fit is en ook nog eens geen zwaar seizoen in de benen heeft.

Daarbij dient wel te worden gesteld dat de andere zogenaamde sterspelers het dit jaar ondanks veel goede bedoelingen niet echt hebben waargemaakt. Van der Vaart en Huntelaar mogen wel eens meedoen bij hun clubs maar vallen zelden op. Kuyt heeft met Liverpool een zeer teleurstellend seizoen achter de rug (om over Babel maar te zwijgen) en Van Nistelrooy heeft ook niet de topprestatie geleverd, die iedereen hem gunde.

 

Het draait dus straks vooral om het supertrio, dat elkaar maar niet in de weg moet lopen. Zoals Van Hanegem zich ondergeschikt maakte aan Cruijff in 1974, zo moet Sneijder in dienst van Van Persie spelen of vice versa. In het Haantjesgedrag schuilt het gevaar, maar met Mark van Bommel in de ploeg heeft Oranje een echte leider om een ploeg over het dode punt heen te helpen. De kans op een misser zoals tegen Rusland tijdens het laatste EK is met een Van Bommel in de ploeg minder groot.

 

Het grote probleem voor Van Marwijk is het samenstellen van een betrouwbare defensie, die het aanvallende potentieel kan ondersteunen. Joris Mathijsen is nog altijd een Europese subtopper, maar voorlopig wel Oranje’s beste verdediger. De nederlaag bij Fulham van HSV heeft zijn kwetsbaarheid nog maar eens aangetoond. Spelers als Van der Wiel en Anita moeten zich internationaal nog bewijzen en Van Bronckhorst en Ooijer lijken net te oud voor dit karwei.

 

Gelukkig hebben alle 32 ploegen hun problemen. Brazilië is op zoek naar een evenwicht tussen technisch mooi en tactisch verantwoord voetbal. Spanje zal vooral tegen de vermoeidheid en een favorietenrol moeten vechten. Italië leek gewoon de motivatie om opnieuw te winnen te ontberen. Zodoende zijn de favorieten helemaal niet beter uit dan Oranje.

De echte rivalen van Oranje kunnen wel eens Argentinië en Engeland worden. Deze twee ploegen lijken opgewassen tegen de winterse temperaturen, die het toernooi zullen teisteren. Maar Argentinië heeft last van een warrige bondscoach en Engeland loopt zich al twintig jaar op eindtoernooien voorbij (als het zich tenminste weet te plaatsen). Duitsland is wel degelijk maar niet steengoed. Er gloort dus hoop voor Oranje, maar de weg naar de wereldtitel is nog lang en mooi.

 

Rick Klein Verdijk

Share.

Laat een reactie achter