Nederland krijgt in de eerste ronde van het WK te maken met landen, die het nog niet eerder op een mondiaal eindtoernooi tegenkwam. Denemarken is wel bekend van EK’s, maar Japan en Kameroen zijn gloednieuw.
Het vizier van Bert van Marwijk zal vooral gericht zijn op het eerste duel, op maandagmiddag 14 juni in Johannesburg. Het wordt een duel rond het vriespunt tegen Denemarken, en ook nog eens op een hoogte die de Europese ploegen tijdens de afgelopen Confederations Cup na een zwaar seizoen nekte. Voor de KNVB is het wel prettig dat er dichtbij het trainingskamp wordt begonnen, maar het zou onverstandig zijn om nu een paar dagen later te vertrekken.
Nederland speelde op eindtoernooien twee keer tegen de Denen. In 1992 ging het mis in Gothenburg, met misschien wel het beste Oranje sinds 1974. De Denen wonnen verdiend na strafschoppen, omdat Oranje erg nonchalant aan de wedstrijd waren begonnen en twee keer op achterstand werden gezet in het eerste half uur. Denemarken nam de kroon van Oranje toen over. Acht jaar won Nederland overtuigend met 3-0 van Denemarken op het EK in eigen land (in Rotterdam). Het Deense legioen zal in Soccer City waarschijnlijk net zo groot zijn als de oranje aanhang. De beste spelers van het nieuwe Denemarken zijn verdediger Kjaer en middenvelder Christian Poulsen. Daarbij teert Morten Olsen nog op spelers die er in 2002 al bij waren, zoals Rommedahl, Jörgensen en Tomasson. Denemarken nam slechts drie keer eerder deel aan het WK maar haalde altijd wel de tweede ronde.
